Paul en Cock van Schie vormen samen het familiebedrijf firma L.A. van Schie dat zij overnamen van hun vader. Sinds de jaren tachtig telen zij in het Westland losse tomaten voor met name de Engelse markt. Al meer dan twintig jaar is Moore DRV hun accountant. In 2011 riep Paul de hulp van Moore DRV in voor iets nieuws: het aardwarmteproject Nature’s Heat in Kwintsheul. Dat is een bedrijf voor duurzame energie waarvan hij initiatiefnemer en directeur is. Paul: “Moore DRV kent ons goed, dat is makkelijk schakelen”.

Grip houden op energiekosten is cruciaal
Nature’s Heat is een samenwerking van negen glastuinbouwbedrijven in Kwintsheul. De kassen van de partners hebben warmte nodig om gewassen te kweken. Voorheen kwam die warmte uit het stoken van gas via een cv-installatie of een WKK-installatie. Maar dit zijn vrij dure en milieu onvriendelijke oplossingen. De energiemarkt is bovendien volatiel met sterke schommelingen in de prijzen van gas en elektriciteit. Dat is ongunstig voor de stabiliteit en beheersbaarheid van de kosten van glastuinbouwbedrijven. Paul: “Energie is een aanzienlijke kostenpost voor tuinbouwbedrijven. Het is belangrijk om daarop goed grip te houden. Daarom ben ik ruim tien jaar geleden begonnen met nadenken over geothermie voor het verwarmen van de kassen. Later sloten de overige partners aan. Zo is het Nature’s Heat-project ontstaan. Het is een schot in de roos als je ziet hoe de prijzen van gas en elektriciteit zijn gestegen. Later is daar ook de visie bij ontstaan om milieuvriendelijker te telen. Dit vraagt de markt ook van ons.”
Makkelijk schakelen en meedenken
Toen er voor Nature’s Heat een accountant werd gezocht viel de keuze op Moore DRV zegt Paul. “Dat is efficiënt: zo heb ik als directeur alles in één hand, ik ken ze namelijk al lang en daardoor is het makkelijk schakelen. En ze denken goed mee over bijvoorbeeld het toepassen van de fiscale regelingen zoals de EHG. Deze subsidie die nu de Energie-efficiëntie glastuinbouw (EG) heet, stimuleert tuinbouwbedrijven om energiebesparende maatregelen te nemen. Daarnaast heeft Nature’s Heat een SDE beschikking voor een periode van 15 jaar. Die subsidies zijn een belangrijke factor om een project als dit rendabel te houden. Op die manier zorgen wij er gezamenlijk voor dat de energiekosten voor onze teeltbedrijven zo laag mogelijk blijven. Daarnaast wordt er met het project ontzettend veel aardgas bespaard.”

64 hectare kassen duurzaam verwarmd
Vanaf het eerste productiejaar in 2018 draagt het Nature’s Heat-project bij aan de verwarming van de kassen van de partners. Die kassen beslaan een gezamenlijke oppervlakte van 64 hectare. Er worden onder meer bloemen, planten en groente gekweekt. Het rendement van het project is boven verwachting. Paul: “Bij de start was er een prognose op basis van een geologisch onderzoek dat het project per jaar tussen de 12 en 16 megawatt energie zou opleveren. Die verwachting is overtroffen. Met de huidige installatie hebben we een rendement van ruim 20 megawatt per jaar. Meer dan genoeg om aan 70% van de warmtevraag van onze kassen te voldoen.”
Geothermie wordt ook wel aardwarmte genoemd. De warmte komt uit water in een zandsteenlaag op ruim twee kilometer diepte. Er zijn twee bronnen geboord. Via de ene bron komt het warme water omhoog met een temperatuur van 87,7 graden Celsius. Het water wordt via warmtewisselaars in de aardwarmtecentrale op de juiste temperatuur gebracht en via leidingen getransporteerd naar de kassen van de partners waar het de warmte afgeeft. Het afgekoelde water gaat daarna via de tweede bron weer terug de aarde in. Zo blijft het water in de zandsteenlaag op peil. Bij het opwekken van aardwarmte treden er weinig tot geen schadelijke milieueffecten op. Het is een duurzame bron van energie waarbij nauwelijks CO2-emissies plaatsvinden.

Proces van lange adem met prachtig resultaat
Nature’s Heat kende een lange voorbereidingstijd. De eerste ideeën voor het gebruik van aardwarmte ontstonden rond 2010. Paul: “Ik heb in 2011 de vergunning aangevraagd en die in 2012 gekregen. Een aantal collega’s in de regio wilde meedoen en dat kwam goed uit. Je moet een boortoren hebben en proefboringen doen, een leidingennet aanleggen, financieren en verzekeringen regelen, dat is allemaal kostbaar. Door dat samen te doen werd het financieel haalbaar. In die eerste jaren ging het er mij vooral om de energiekosten beheersbaar te houden. Ik keek vooral door een economische bril, maar vond het wel een prettig idee dat de energie duurzaam was. En in deze tijd met de discussies over het verminderen van het gebruik van fossiele brandstoffen en het beperken van de CO2-uitstoot is het milieuvriendelijke karakter van aardwarmte natuurlijk ook een groot pluspunt. Dat is extra winst en in deze tijd heel belangrijk.”
Inmiddels bestaat Nature’s Heat vijf jaar. Dat werd kortgeleden met de medewerkers gevierd. Op 1 en 2 april 2023 wordt het evenement Kom in de kas Westland georganiseerd. Ook Nature’s Heat is daar aanwezig met een eigen stand. Tijdens Kom in de kas Westland stellen glastuinbouwers uit de omgeving (waarvan een aantal aangesloten op het netwerk van Nature’s heat) de kassen open voor het publiek. Iedereen kan dan met eigen ogen zien hoe zij werken en hoe zij met de milieuvriendelijke aardwarmte van Nature’s Heat hun producten telen. Paul: “De samenleving staat voor een energietransitie, dat is een enorme uitdaging. We moeten het in de toekomst doen met minder fossiele brandstoffen en meer duurzame energiebronnen. In Kwintsheul dragen wij ons steentje bij, daar zijn we trots op! We zijn een lange weg ingegaan, maar het resultaat mag er zijn. We zijn voor een groot deel niet meer afhankelijk van aardgas.”